De laatste strohalm
Ze noemde het een strohalm. Het bidden tot Maria. Een laatste poging om greep te krijgen op de werkelijkheid. Mijn ongelovige oma bleek geloviger dan ze zelf dacht. Dat ontdekte ik nadat ik zojuist bij haar op bezoek ging en we samen de geschiedenis in doken. Als je geen nieuwe geschiedenis maakt, wordt het verleden je krachtigste instrument. Oma is enig kind. Vandaag vroeg ik of dat een bewuste keuze van haar ouders was.
'Oh, mijn ouders
wilden graag meer kinderen, maar mijn moeder had een zwakke baarmoeder. Ze kreeg
diverse miskramen.'
Zo gebeurde het dat mijn overgrootmoeder het bed moest
houden reeds enkele maanden nadat oma zich in haar baarmoeder nestelde. Mijn
overgrootmoeder was bang ook deze vrucht te verliezen. Ze bad in het
plaatselijk kapelletje tot de Lieve Vrouw en hield zich rustig. Toen ze haar
vrucht voldroeg, noemde ze haar uit dankbaarheid Maria, wat in die tijd geen
uitzondering was.
Twee generaties
later beviel mijn tante prematuur van haar dochter. Haar leven hing aan een
zijden draadje. Er was een significant ondergewicht. Mijn grootmoeder wendde
zich tot de ziekenhuiskapel van Sint Vincentius, en bad voor haar kleindochter.
Enkele weken later mocht de premature baby aangesterkt het ziekenhuis verlaten.
Uit dankbaarheid zou mijn nichtje de naam Laura Maria dragen.
Voor vandaag, 2
oktober, wist ik niets van deze heimelijke religiositeit.
'Het was mijn laatste
strohalm', zei oma. 'Ons Lieve Vrouwke. Ook ben ik het gebed van mijn moeder
niet vergeten. Ik had er evengoed niet kunnen zijn, dus besloot ik te doen wat
mijn moeder voor mij gedaan had. Soms is er niets anders dat je kan doen.'
Zo is voor mij de
cirkel rond. Ik doopte mijn website Mary’s Chapel vanuit een intuïtief aanvoelen,
maar onbewust draag ik deze hoop, dit gebed, deze dankbaarheid,
intergenerationeel misschien wel mee.